De babysterfte in Nederland is de afgelopen jaren afgenomen. Maar in vergelijking met andere Europese landen kan de sterfte onder baby’s nog verder worden aangepakt. Dat heeft minister Edith Schippers (Volksgezondheid, VVD) vanavond tegen de Tweede Kamer gezegd, meldt persdienst ANP.
In 2013 stierven in Nederland gemiddeld 8,4 per 1.000 geboren kinderen. Dat is een daling van 29 procent ten opzichte van 2000, toen nog 11,9 baby’s per 1.000 geborenen stierven. De cijfers hebben geen betrekking op kinderen die tijdens de zwangerschap of de bevalling overleden.
Vooral in de eerste 28 dagen na de geboorte kan de sterfte volgens Schippers worden teruggedrongen. De samenwerking tussen gynaecologen en verloskundigen is verbeterd, wat vermoedelijk tot een daling van babysterfte heeft geleid. Maar de minister denkt dat deze samenwerking nog intensiever en efficiënter kan, met name in de regio. Wel zei Schippers blij te zijn met de vorderingen die ook daar te zien zijn in de geboortezorg.
Bron: NRC
Jose
Wat heerlijk dat de babysterfte nog steeds afneemt. Hetgeen voortvloeit uit een betere samenwerking tussen verloskundigen en gynaecologen. Ik mis hierin het verhaal van de voorlichting van de kraamverzorgende. Door uitleg over veilig slapen, rooming in, niet roken etc. hebben wij ook een belangrijke bijdrage geleverd.
Jose
Wat heerlijk dat de babysterfte nog steeds afneemt. Hetgeen voortvloeit uit een betere samenwerking tussen verloskundigen en gynaecologen. Ik mis hierin het verhaal van de voorlichting van de kraamverzorgende. Door uitleg over veilig slapen, rooming in, niet roken etc. hebben wij ook een belangrijke bijdrage geleverd. Omdat er toch gesproken blijft worden over vermindering van de kraamzorguren lijkt het me juist met dit bericht hoe belangrijk onze kraamzorg is.
Heleen
Het is super om te horen dat de babysterfte terugneemt. Als kraamverzorgende ben ik blij om dit te horen. Dat de samenwerking tussen verloskundige en gynaecoloog beter is, is ook te roemen.
Maar ook ik mis het stukje van de kraamzorg. Volgens mij heeft de minister geen idee wat het werk van kraamzorg inhoudt. De taken die wij hebben, voorlichting die wij geven en de uren die wij in een gezin doorbrengen, brengt met zich mee dat wij de oren en ogen van de verloskundigen zijn.
Ook wat betreft vroegsignalering hebben wij als kraamverzorgende een hele belangrijke taak. De verloskundige moet het uiteindelijk met onze bevindingen doen……..
Dus ja, als je dan de uren van kraamzorg wil minderen, denk ik dat de babysterfte misschien wel meer omhoog dan omlaag zo gaan…….
De verloskundigen sluiten het kraambed ook vaak op dag 8 af, dus ja…….waar doe je dan goed aan minister Schippers
Grietje
Helemaal mee eens…. Hetzelfde geld voor een bericht dat onlangs verscheen over borstvoeding die nu kennelijk over een langere periode word gegeven. Geweldig nieuws. Alleen dit zou te danken zijn aan de voorlichting op de consultatie bureaus. Hallo denk ik dan…, wordt ons aandeel even over het hooft gezien. Misschien moeten we met elkaar als kraamverzorgsters eens opstaan en duidelijk maken dat we meer zijn dan “kraamhulpjes” We staan dacht ik ons mannetje in het vak, of niet meiden…..
Ineke
En wellicht moeten alle moeders die kraamzorg hebben gekregen ook hun stem eens laten horen! Als kraamverzorgende hoor ik regelmatig van de ouders de reddende engel te zijn door de vele adviezen en begeleiding die ze van mij hebben gekregen! Wanneer ik de kraamperiode afsluit, zijn de ouders zelfredzaam!
Ga er maar eens aan staan ministers Schippers! Een baby gekregen en wat nu te doen?
Helaas (en ik vind het onbegrijpelijk) zit babyverzorging en kinderopvoeding niet in het lessenpakket wat op het voortgezet onderwijs wordt gegeven! En lang niet iedereen leest zich in wanneer er een baby op komst is!
Wij staan als geen ander aan de start van de levens van bijna alle inwoners van Nederland, wij geven het gezin heel veel kennis mee! Dit is een onbetaalbare investering!