Obesitas en ontwikkelingsproblemen

Kinderen die meer dan drie maanden te vroeg geboren worden hebben een verhoogde kans op ontwikkelingsproblemen als hun moeder obesitas (BMI > 30) had tijdens de zwangerschap ten opzichte van te vroeg geboren kinderen van moeders met een normaal gewicht. Dit blijkt uit promotieonderzoek van Jelske van der Burg, werkzaam bij de afdeling Environment and Health van de VU Amsterdam, in samenwerking met Amerikaanse onderzoekers van onder andere Harvard Medical School in Boston.

Wereldwijd heeft meer dan de helft van de vrouwen overgewicht (BMI > 25) of obesitas bij de start van een zwangerschap. Eerder onderzoek liet al zien dan vrouwen met obesitas aan het begin van een zwangerschap vaker een te vroeg geboren kindje (< 37 weken) krijgen. Van der Burg is de eerste die onderzoek deed naar de relatie tussen de BMI van de moeder bij het begin van de zwangerschap en de ontwikkeling van hun drie maanden te vroeg geboren kindje. Kinderen van obese moeders hebben vaker cognitieve problemen en ADHD in vergelijking met te vroeg geboren kinderen van moeders met een normaal gewicht, blijkt uit haar onderzoek. Ze pleit in haar proefschrift dan ook voor het belang van preconceptiezorg, waarbij vrouwen met obesitas ingelicht worden over de risico’s waaraan ze zichzelf en hun kind blootstellen en dat gewichtsreductie voor de conceptie aangemoedigd moet worden.

In het onderzoek werden vrouwen aan de start van de zwangerschap ingedeeld in ‘normaal gewicht’, ‘overgewicht’ en ‘obesitas’. Alle vrouwen in het onderzoek bevielen van een extreem te vroeg geboren kindje (< 28 weken zwangerschap). De ontwikkeling van de kinderen werd tot tienjarige leeftijd gevolgd met verschillende ontwikkelingstesten, waarbij de resultaten van de kinderen van vrouwen uit de drie BMI categorieën met elkaar vergeleken werden.

Bron: VU