Onderzoek aangeboren nier- en urinewegafwijkingen

Zes academisch medische centra zijn een groot onderzoek gestart naar aangeboren afwijkingen van de nieren en urinewegen bij kinderen. Dit zijn de grootste veroorzakers van nierfalen bij kinderen, maar er is nog maar weinig bekend over het verloop hiervan. Het onderzoek is een samenwerking tussen het Amsterdam UMC, Radboudumc, UMC Utrecht, Erasmus MC, LUMC en UMGC.

Een afwijking aan de nieren en de urinewegen wordt vaak al gezien bij de twintig weken echo. Daarna begint een onzekere periode voor de ouders. Moeten ze het kindje laten dialyseren of is een niertransplantatie nodig, en wanneer moet dat dan? Het verloop verschilt van persoon tot persoon, dus is het voor artsen lastig daar een antwoord op te geven.

Het onderzoek moet artsen helpen om beter te kunnen voorspellen wat de impact van de aangeboren afwijking is op de gezondheid van de nieren van het kindje.

De onderzoeksresultaten worden vastgelegd in de nationale biobank. Ook worden daar de antwoorden van de vragenlijsten over de gezondheid van de ouders en omgevingsfactoren tijdens de zwangerschap geregistreerd. Ook het dna wordt onderzocht. Bij één op de vijf gevallen blijkt er een genetische oorzaak aanwijsbaar voor de afwijking. Maar ook medicijngebruik, stress en bijvoorbeeld overgewicht kunnen een rol spelen. Door alle gegevens aan elkaar te koppelen verwachten onderzoekers meer te leren over het ontstaan en de ontwikkeling van aangeboren nier- en urinewegafwijkingen.

Bron: lumc.nl