Zoek
Sluit dit zoekvak.

‘Pinda beschermt baby’s juist tegen allergie’

Er gaan internationaal steeds meer stemmen op om baby’s al vanaf een leeftijd van vier maanden pinda’s of producten met pinda’s te geven. Dit zou de kans op het ontstaan van een pinda-allergie flink verminderen bij kinderen met een verhoogd risico op zo’n overgevoeligheid.

In de meeste landen wordt ouders nog aangeraden om kroost met een mogelijke overgevoeligheid juist ver uit de buurt te houden van pinda’s en pindaproducten. Volgens een studie in het Canadese Medical Association Journal is het echter tijd het roer om te gooien.

In Nederland gebeurt dat sinds kort. Volgens het Voedingscentrum is er inmiddels genoeg bewijs dat wachten met het geven van pinda’s averechts werkt. ‘Daar is onder kinderartsen consensus over aan het ontstaan’, aldus Astrid Postma-Smeets, expert op het gebied van voeding en gezondheid. Ouders hebben volgens haar nog steeds de neiging te wachten met het geven van pinda’s en noten. Niet doen dus, is sinds februari het officiële advies van het Voedingscentrum. Een advies dat overigens geldt voor alle voedingsmiddelen die allergische reacties kunnen oproepen, zoals koemelk, tarwe en schaal- en schelpdieren.

De Groningse allergoloog Jan de Monchy zegt: ‘Dit is een belangrijke boodschap. Nog steeds denken heel veel ouders van kinderen met een verhoogd risico op een allergie dat ze er goed aan doen te wachten met allergene voedingsmiddelen. Of ze stoppen er te snel mee, als kinderen onschuldige reacties vertonen.’

‘Explosie’ aan voedselallergieën
Het sterkste bewijs dat het mijden van pinda’s averechts werkt, komt van een Britse studie van het King’s College van begin 2015 onder ruim 530 baby’s die gevoelig bleken voor het ontwikkelen van een pinda-allergie. Ze hadden bijvoorbeeld al last van andere allergieën of eczeem. De ene helft van de kleintjes kreeg regelmatig een pindasnack, de andere helft niet. Van de kinderen die geen pinda’s of pindaproducten kregen, had 14 procent op 3-jarige leeftijd een pinda-allergie. In de andere groep was dat slechts 1,9 procent. Heeft een baby zonder problemen eenmaal iets nieuws geproefd dan moeten ouders het voedingsmiddel met enige regelmaat blijven geven.

Volgens de Canadese experts is de ‘explosie’ aan voedselallergieën en voedselintolerantie mogelijk gevolg van de oude richtlijnen om allergeen voedsel zo lang mogelijk uit de weg te gaan. Het Voedingscentrum betwijfelt of echt sprake is van een explosie. ‘Het is lastig te meten, maar in Nederland lijkt het aantal volwassenen met een voedselallergie stabiel op maximaal 3 procent van de bevolking.’ Ongeveer 12 procent van de volwassenen vermoedt overgevoelig te zijn voor bepaalde bestanddelen in voedsel. Wereldwijd is 0,7 procent van de mensen allergisch voor pinda’s. In heel zeldzame gevallen kan de allergie dodelijk zijn.

De Wageningse hoogleraar voeding en gezondheid Frans Kok benadrukt dan ook dat ouders niet zelf moeten experimenteren als er familieleden zijn die in het verleden heftig reageerden op pinda’s. Ook als er al een broer of zus in het gezin is met een pinda-allergie – of als de baby constitutioneel eczeem heeft – moet dit nieuwe advies niet zomaar worden opgevolgd.

Bron: De Volkskrant

Kraamzorg abonnement